Voeden
Een oude Cherokee indiaan geeft zijn kleinzoon onderricht over het leven.

“Binnen in me is een gevecht gaande”, zegt hij tegen de jongen.
“Het is een afschuwelijk gevecht tussen twee wolven. De ene wolf is slecht – hij bestaat uit woede, jaloezie, verdriet, spijt, hebzucht, verwaandheid, zelfmedelijden, schuldgevoelens, wrok, minderwaardigheid, leugens, valse trots, superioriteit en ego.
De andere wolf is goed – hij is vreugde, vrede, liefde, hoop, kalmte, nederigheid, vriendelijkheid, welwillendheid, medegevoel, vrijgevigheid, waarheid, compassie en geloof. Binnen in jou woedt dezelfde strijd – en datzelfde geldt voor ieder mens.”
De kleinzoon denkt daar enkele ogenblikken over na en vraagt dan aan zijn grootvader:
“Welke wolf zal het gevecht winnen?”
De oude Cherokee glimlacht en antwoordt eenvoudig:
“Degene die je voedt.”
De oude indiaan leert zijn kleinzoon kijken naar wat zich in hem afspeelt. De jongen leeft misschien nog als een kind: hij leeft en doet wat hem te binnen schiet. Onbevangen en onberekenend. Dat is een prachtige periode in het leven.
Maar dat houden we niet vast. Bij het opgroeien stoten we ons. Teleurstellingen en conflicten maken dat we manier zoeken om te leven. En in moeilijke omstandigheden te overleven.
Als kind kijk je onbevangen naar buiten. Als je ouder wordt ben je op je hoede.
De indiaan leert zijn kleinkind naar binnen te kijken. Want dat is nodig als je volwassen bent. Sterker nog: naar binnen kijken is nodig om volwassen te worden. Ik heb het hier niet over een bepaalde leeftijd, maar over mentale en geestelijke groei. Wat je moet ontdekken is dat wat anderen je aandoen vaak ook in je zelf zit.
Dit naar binnen kijken is altijd goed en misschien harder nodig in deze tijd. We gaan al weer op weg naar Pasen en op die weg gaat het over de vraag wat in ons maakt dat we soms het goede doen, en op een ander moment dingen die verkeerd uitpakken. We wijzen altijd graag naar anderen: die doen iets fout. Maar zullen we zullen ook naar onszelf moeten kijken.
In de wereld lijkt de ene wolf (woede, hebzucht, leugens) veel sterker dan de andere wolf (vreugde, vrede, liefde).
Dat kan je doen twijfelen aan hoe het verder moet.
‘Degene die je voedt, zal het gevecht winnen’, zegt de oude indiaan. De bedoeling van het naar binnen kijken is, om de ene wolf van de andere te onderscheiden en zo de goede wolf te voeden. Dat inzicht kan ons helpen zo naar buiten te treden dat liefde, vrede en recht aan terrein winnen.
ds Menso Rappoldt