Zondagmiddag; even niets doen. Ik zit in een lekkere stoel voor het raam, en zie iets bijzonders: het sneeuwt bladeren. Van alle bomen dwarrelen de blaadjes naar beneden, als sneeuw. Is het verbeelding dat het zo anders is dan anders? Het verwondert me, ik vind het mooi en het maakt me rustig.
Een paar dagen daarna ben ik bij een vriendin op bezoek, en zij vertelt me dat ze afgelopen zondag een boswandeling maakte. Ze vervolgt: ‘en zo bijzonder, het leek wel alsof het bladeren sneeuwde’, waarop ze mij daarvan een filmpje liet zien.
Nog weer een paar dagen daarna heb ik een bijscholing. Ik zit in het lokaal met mijn rug naar de deur en mijn gezicht naar het raam. Als ik af en toe naar buiten kijk zie ik het opnieuw: het sneeuwt bladeren. Als ik mijn collega’s erop attendeer, beamen ze dat het heel bijzonder is.
Het was dus geen verbeelding, maar echt anders dan anders.
Was het de wind, die de blaadjes zo massaal en rustig liet dwarrelen?
Was er nog niet zoveel blad gevallen, en vielen ze daarom met zovelen?
Ik heb er nog even naar gezocht op internet, maar kon geen verklaring vinden.

(foto van Pixabay – gratis te gebruiken)
Met het vallen van de bladeren en de vroege duisternis laat de natuur ons weten dat het tijd is om naar binnen te keren. Het is zo’n mooie gedachte dat dit naar binnen keren erop gericht is dat je jouw kracht nu mag aanwenden voor de binnenkant. Omdat de buitenkant wegvalt. Een weg naar binnen, waarbij de natuur ons bij de hand pakt en fluistert: ‘doe maar net als ik’.
Het klinkt voor sommige lezers misschien wat zweverig: ‘de weg naar binnen’. Ik ervaar dat zelf niet zo, want ik (her)ken mijn behoefte om me los te maken van de buitenkant, van alles wat soms zó de schone schijn ophoudt.
Dan wil ik kijken naar wat er écht leeft in mijn hart. Naar wat ik mis, of waarnaar ik zo verlang. En dan, heel soms, dan voel ik een belofte, waar ik niet goed woorden voor kan vinden. Een gevoel van mogelijkheden, zonder dat ze concreet zijn. Een gevoel van verwachting van het goede. Een gevoel van berusting: ‘maak je maar niet zo druk, want alles is er al, en zal er zijn’.
Het sneeuwde bladeren op die zondagmiddag. Een prachtig, verstild moment. Ik weet dat ik dát niet mee kan nemen de decembermaand in, waarin er weer zoveel op het programma staat. Wat ik wel weet is dat het me gevoed heeft, op dat moment. Dat het me naar binnen heeft gebracht.
En daar wil ik zijn. In mijn hart.
Misschien juist wel in die drukke decembermaand. Zodat ik er steeds aan herinnerd word: het gaat om wat er in mijn (en jouw) hart geboren kan worden.
En zo is de vraag aan jou en aan mezelf: zijn wij daar klaar voor?
Met een hartelijke groet, Helene Westerik